Canon

Het woord 'canon' (met de klemtoon op de eerste lettergreep: cánon) heeft verschillende betekenissen. Van Dales woordenboek noemt als eerste betekenis 'regel, richtsnoer, maatstaf', en in die zin is het hier bedoeld: het geheel van belangrijke personen, teksten, kunstwerken, voorwerpen, verschijnselen en processen die samen laten zien hoe Nederland zich ontwikkeld heeft tot het land waarin we nu leven.

4Karel de Grote 742-814,

9Erasmus 1466?-1536, Een internationaal humanist

11De Beeldenstorm 1566, Godsdienststrijd,

12Willem van Oranje 1533-1584, Van rebelse edelman tot ‘vader des vaderlands’

14De Verenigde Oostindische Compagnie 1602-1799, Overzeese expansie

18De Statenbijbel 1637, Het boek der boeken

19Rembrandt 1606?-1669, De grote schilders

21Michiel de Ruyter 1607-1676, Zeehelden en de brede armslag van de Republiek

29De eerste spoorlijn 1839, De versnelling

30De Grondwet 1848, De belangrijkste wet van een staat

37De crisisjaren 1929-1940, Samenleving in depressie

41Willem Drees 1886-1988, De verzorgingsstaat

43De televisie vanaf 1948, De doorbraak van een massamedium